Veel gestelde vragen
Over lidmaatschap
U kunt lid worden door dit formulier in te vullen. Vervolgens maakt u € 50 over op rekeningnummer NL87 INGB 0000 3701 58 o.v.v. uw NAW-gegevens. Deze € 50 is eenmalig.
Met uw lidmaatschap bent u mede-eigenaar van onze windmolens en kunt u de stroom van deze windmolens afnemen. U heeft als lid medezeggenschap in de vereniging en kunt invloed hebben op het beleid van de vereniging. Daarnaast kunt u financieel participeren in De Windvogel. Die lening investeren wij in nieuwe duurzame energie projecten. Lees verder: De Vijf Redenen om lid te worden van De Windvogel.
De Windvogel is een coöperatieve vereniging met beperkte aansprakelijkheid. Deze beperkte aansprakelijkheid is geregeld in onze statuten. De leden zijn enkel aansprakelijk voor het risicodragend kapitaal dat zij hebben ingelegd. Dit is het bedrag van € 50 dat je bij het begin van het lidmaatschap inlegt in de coöperatie.
De Windvogel is al meer dan 23 jaar een financieel gezonde vereniging. Wij zijn zo transparant mogelijk voor onze leden. Hierdoor kan elk lid zien waar hij mede-eigenaar van wordt. Je kan hier in onze jaarverslagen de financiële situatie van onze coöperatie inzien. Nieuwe leden kunnen zo voor zichzelf een oordeel vormen over de financiële situatie van de coöperatie.
Iedereen mee kan doen. Meedoen kost éénmalig slechts € 50. Daarnaast is ieder lid vrij in de keuze om geld te lenen aan De Windvogel. Dat kan in een veelvoud van €50. Ieder lid is in even grote mate als het ware mede-eigenaar van de windmolens en de zonnepanelen en iedereen heeft een stem op de ALV.
Over de windstroom
Op dit moment leveren wij onze 'Windvogelstroom' aan Anode en 'De Vrije Energie Producent' (DVEP). De Windvogel kiest ervoor om met meerdere energieleveranciers samen te werken, zodat we per windmolen kunnen beoordelen wat het meest gunstig contract is. Dit heeft als nadeel dat niet al onze stroom via één leverancier te krijgen is. Dit heeft als voordeel dat we het beste uit de markt halen en niet afhankelijk zijn van één leveringsbedrijf (risicospreiding).
Over participatie in De Windvogel
Leden kunnen via participaties geld uitlenen voor het financieren van onze wind- en zonne-energieprojecten. Leden dienen daartoe geld te storten. Dat kan al vanaf €50 of een veelvoud daarvan. Over de lening wordt rente uitgekeerd. Ieder jaar wordt het rentepercentage opnieuw bepaald door de leden tijdens de Algemene Ledenvergadering. Het afgelopen jaar was deze rente 2%. Uitlenen van geld is op eigen risico. In de financiële jaarverslagen van De Windvogel kunt u meer lezen over de financiële soliditeit van de coöperatie. Als u meer wilt weten over participaties, lees dan de veelgestelde vragen over participaties.
Bij De Windvogel wordt de rente op de participaties ieder jaar opnieuw bepaald door de Algemene Ledenvergadering. De penningmeester en de kascontrolecommissie doen een voorstel voor de vergoeding op basis van de jaarrekening. De hoogte van de rente is voornamelijk afhankelijk van hoe hard het heeft gewaaid, en uiteindelijk van de verhouding tussen inkomsten uit onze windstroom en de bedrijfskosten in een jaar. De rente was 5% in 2012, 4% in 2013, 3% in 2014 en 2% in 2015. Doordat er weinig nieuwe windmolens gebouwd zijn, is de opbrengst van de cooperatie lager en hebben de leden gekozen om ook een lagere rente uit te keren. Zodra er nieuw-gerealiseerde projecten met goede rendementen zijn, zal er meer rente uitgekeerd worden vergelijkbaar met 2012.
Elk jaar besluit de Algemene Leden Vergadering (ALV) op een zonnige zaterdag in mei of juni of er rente wordt uitgekeerd over het afgelopen kalenderjaar en hoeveel dat is. Het vast te stellen rentepercentage is afhankelijk van het resultaat over het afgelopen jaar. Volgens het participatiereglement wordt de rente uitgekeerd binnen 30 dagen na de ALV. Het wordt gestort op het rekeningnummer waarmee u uw inleg hebt betaald, tenzij u anders hebt aangegeven.
Over samenwerking
De meeste energiecoöperaties werken lokaal; De Windvogel is een landelijke vereniging. De Windvogel heeft drie molens verspreid over het hele land en drie zonnedaken in Duitsland. De Windvogel heeft momenteel ruim 3400 leden en is daarmee qua ledenaantal één van de grootste burgercoöperaties. Daardoor heeft De Windvogel slagkracht om iets te bereiken op landelijk niveau en ondersteunt ook lokale energiecooperaties. Zo hebben we samen met de cooperaties Zuidenwind en Meerwind een gezamenlijke windmolen gebouwd in 2015.
Een ander verschil is dat De Windvogel geen winstoogmerk heeft. De Windvogel wil wel maximale opbrengsten uit duurzame energieprojecten halen, zodat zij nieuwe projecten kan realiseren. De Windvogel heeft een maatschappelijke doelstelling: met de inzet en middelen van burgers wil zij bijdragen aan een onafhankelijke duurzame energievoorziening in Nederland.
De Windvogel is mede-oprichter van REScoopNL en REScoop.eu. REScoopNL is een coöperatie van burger-windcoöperaties. Het doel van REScoopNL is om samen te werken met andere windcoöperaties om elkaar sterker te maken en elkaar te ondersteunen waar dat nodig is. Ook ondersteunt REScoopNL nieuwe energiecoöperaties die een windproject willen starten. Een coöperatief windproject hoeft zo niet te mislukken door gebrek aan kennis of geld.
REScoop.eu is de Europese federatie van energiecoöperaties die de belangen behartigt van alle energiecoöperaties in Europa. Zij verbindt succesvolle energiecoöperaties en startende energiecoöperaties in Europa met elkaar zodat ze van elkaar kunnen leren.
De Windvogel wil meer windmolens voor en door burgers in Nederland. Daarom zijn wij betrokken bij vele projecten die kunnen leiden tot de bouw van nieuwe windmolens. Wij zijn voortdurend op zoek naar een stuk grond, waarvan de eigenaar, de overheid en de burgers willen meewerken aan de bouw van een of meer windmolens. Heeft u een concreet advies, neem dan contact met ons op.
Over windmolens
Jammer genoeg zijn de mogelijkheden van energieopslag tot nu toe zeer beperkt en erg kostbaar. Waterkracht- en warmteopslag is het meest gangbaar. Chemische opslag in accu’s, waterstof, aardgas etc. zijn in ontwikkeling.
Als er geen stroom geproduceerd wordt door de windmolens, zorgen andere stroomproducenten voor de continuïteit. De toegelaten energieleveranciers zijn verplicht deze stroom aan te vullen vanuit andere (duurzame) bronnen. Als er dus onvoldoende windenergie is, wordt er gebruik gemaakt van energie uit zonnepanelen, gascentrales, kolencentrales, waterkrachtcentrales en ook zelfs kerncentrales.
Wij zijn een groep mensen die zich op een positieve manier bezighoudt met het opwekken van schone energie. We vinden het belangrijk dat dit snel en goed gebeurt, met zo weinig mogelijk overlast bij omwonenden. Door de omwonenden zo vroeg mogelijk te betrekken en mee te laten profiteren van de windenergie, is de weerstand te beperken. Iedereen kan meedoen in onze cooperatie en investeren naar eigen draagkracht. Nederland is dichtbevolkt en daarom zullen er altijd mensen zijn die op een windmolen uitkijken. Maar ook op kolencentrales, fabrieken, hoogspanningslijnen etc. De vraag is: blijven we afhankelijk van vervuilende energie of kiezen we voor een schone toekomst voor onze kinderen en hoe doen we dat dan? Met wind op land kom je een heel eind maar we hebben ook zon op dak en in het veld nodig, en nog veel meer. Ook innovatieve nieuwe energie. De slogan is En En En. Als windmolens na 30 jaar niet meer de beste oplossing blijken te zijn, kunnen we ze altijd weer afbreken en dan hebben ze een tijd lang heel goed hun best gedaan voor een schone wereld en het beperken van het nijpende klimaatprobleem. Daar maken we ook omwonenden van bewust.
In onze factsheets Windmolens en Gezondheid en Windmolens en Natuur staan alle feiten op basis van onafhankelijk bronnenonderzoek op een rij.
Het antwoord is ja, mits de kosten die door vervuilende vormen van energieopwekking (olie, kolen) worden gemaakt ook worden doorberekend. Ook kan de subsidie een stuk lager of zelfs helemaal worden afgeschaft als we geen energiebelasting meer hoeven te betalen over onze eigen opgewekte stroom.
Lees verder op:
Een rapport van de Europese Commissie toont aan dat duurzame elektriciteit goedkoper is dan fossiel gestookte centrales als externe kosten als klimaatverandering worden meegerekend. Lees het artikel op EnergieOverheid.
Bron: EU Rapport Subsidies en kosten van EU energie uit 2014
Lees ook: https://decorrespondent.nl/4256/Factcheck-Windmolens-kosten-meer-energie-dan-ze-opleveren-en-helpen-het-klimaat-niet/469049504-b9630ccc
Doordat het niet altijd even hard waait, varieert het geluid van windturbines met de tijd. Overdag is het geluid van windturbines in veel omgevingen vaak niet te horen, doordat ook veel ander geluid aanwezig is. ’s Nachts kan de windturbine beter te horen zijn. Dicht in de buurt van een turbine is altijd een zoeven te horen, dat is het geluid van de naar beneden bewegende wiek. Ook op grotere afstand kan het geluid, voornamelijk ’s avonds en ‘s nachts, een ritmisch karakter krijgen. Dit wordt dan waargenomen als een zoevend, zwiepend of stampend geluid. Verder van de windturbine af wordt het geluid van de windturbine steeds zachter, en klinkt het wat lager of doffer. Of men hinder ondervindt van geluid van windturbines is in sterke mate afhankelijk van de persoonlijke situatie. Om geluidsoverlast voor omwonenden zo beperkt mogelijk te houden is regelgeving opgesteld. Het jaargemiddelde geluidniveau als gevolg van een windmolen of windpark dient bij een woning van derden niet meer te bedragen dan 47 dB. Daarnaast geldt een ten hoogst toelaatbare waarde voor het jaargemiddelde geluidniveau in de nachtperiode van 41 dB.
Op de website van het RIVM kunt u alles lezen over geluidsoverlast door windturbines.
Er gaan wel eens berichten de ronde dat windturbines gezondheidsklachten kunnen veroorzaken. Dit is niet wetenschappelijk aangetoond. Meer hierover kunt u lezen op de website van adviesbureau Pondera.
Laagfrequent geluid is geluid dat bestaat uit bastonen en bevindt zich onder de gehoorgrens, beneden 100/125 Hz. De gehoorgrens verschilt van persoon tot persoon. Laag frequente geluiden komen veel voor in het dagelijks leven en worden geproduceerd door natuurlijke bronnen (golven, wind) of door de mens, zoals industriële installaties, huishoudelijke apparaten, luchtvaart, windmolens en wegverkeer. Er zijn veel bronnen van laagfrequent geluid om ons heen: wegverkeer, ventilatie- en koelingssystemen en warmtepompen. Het percentage ernstig gehinderden door laagfrequent geluid wordt geschat op 2% (RIVM).
Windturbines genereren mechanisch geluid (in de turbine) en stromingsgeluid (aan de wieken), dat deels ook als laag frequent geluid te beschouwen is. Bij moderne turbines overheerst het geluid van de wieken.
Heeft dit laagfrequent geluid effect op mensen?
Uit het meest recente rapport van de WHO blijkt dat er geen statistisch significante relatie gevonden is tussen de blootstelling aan windturbinegeluid en mogelijke gezondheidseffecten zoals hart- en vaatziekten, hoge bloeddruk, cognitieve stoornissen, gehoorproblemen, ongunstige zwangerschap uitkomsten en slaapstoornissen.
Er is onvoldoende wetenschappelijke onderbouwing om te kunnen beoordelen of er gezondheidseffecten zijn van geluid van windmolens op mensen. Er is ook geen direct wetenschappelijk bewijs gevonden voor een verband tussen laagfrequent geluid van windturbines en gezondheidseffecten.
In 2008 concludeerde het RIVM in een rapportage aan de GGD over windmolens en laagfrequent geluid: “Windturbines produceren zeker laag frequent geluid. Wellicht kan het laagfrequente deel van het geluid van windturbines tot extra hinder leiden, maar er is nog geen evidentie dat dit een factor van belang is. Dat het door bewoners belangrijk wordt geacht zou kunnen liggen aanspraakverwarring: De laagfrequente (tot1Hz) draaisnelheid van de bladen van een windturbine wordt vaak ervaren als hinderlijk fluctuerend geluid en wordt soms verward met een lage geluidfrequentie”,
Beschermt de Nederlandse wetgeving tegen laagfrequent geluid?
De Nederlandse norm voor de geluidsbelasting buiten aan de gevel Lden is op 47dB gesteld. De nachtnorm is 41 dBLnight. In deze normen zijn ook laagfrequente geluiden opgenomen. Regelgeving voor hoorbaar geluid beschermt ons daarom in de praktijk automatisch ook tegen veel bronnen van infrasoon geluid.
Bronnen:
https://www.nwea.nl/laagfrequent-geluid-door-windturbines/
https://ponderaconsult.com/windturbinegeluid-en-gezondheid-feit-en-fictie/
http://www.euro.who.int/__data/assets/pdf_file/0008/383921/noise-guidelines-eng.pdf
In Nederland geldt een strenge norm voor schaduw door wieken van windmolens. Huizen mogen over het gehele jaar genomen minder dan zes uur last hebben van deze zogeheten slagschaduw.
Als de zon laag staat (in de ochtend en de avond) kan zo’n schaduw korte tijd op woningen vallen. Doordat wieken van windmolens draaien, varieert deze schaduw en dat kan hinderlijk zijn voor de bewoners.
Daarom heeft de overheid een norm gesteld van maximaal 20 minuten slagschaduw per dag voor niet meer dan 17 dagen per jaar. In totaal dus minder dan 6 uur per jaar. Om de overlast te beperken kunnen moderne windmolens automatisch worden stilgezet als deze norm dreigt te worden overschreden.
De (technische) potentie van zonne-energie is enorm, ook in Nederland. Toch zal Nederland niet voor 100% op eigen zonnestroom kunnen ‘draaien’, als alle daken vol liggen kunnen we ongeveer 30 – 40% van alle elektriciteit halen uit zonne-energie. Ontzettend veel, maar andere duurzame bronnen zoals windenergie zijn nodig om aan de totale Nederlandse elektriciteitsvraag te voldoen.
Uit het onderzoek dat hier tot nu toe is gedaan, blijkt dat woningen een paar procent minder waard kunnen worden. Ook is uit onderzoek gebleken dat dit effect in sommige gevallen tijdelijk is. Dus dat de waarde van een woning na een tijdje weer stijgt. Veel meer daarover en ook een verwijzing naar de onderzoeken die zijn gedaan, is te vinden op website van de Nederlandse WindEnergie Associatie (NWEA).
In 2019 is onderzoek gedaan door de UvA en de VU in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat. De onderzoekers benoemen de volgende bevindingen:
-De effecten variëren rond de 2 tot 5 procent.
-De onderzoekers stellen dat de relatieve woningwaardedaling tussen 1985-2019 gemiddeld zo’n 2% bedroeg binnen 2km afstand van een turbine.
-De onderzoekers zien dat de effecten van turbines hoger zijn na 2011 (gemiddeld 1.3% voor 2011 en gemiddeld 3% na 2011).
Wettelijk geldt een minimum niveau van woningwaardedaling van 2 procent waarvoor planschade niet gecompenseerd wordt. Met de inwerkingtreding van de Omgevingswet (verwacht 1 januari 2022) gaat dit percentage naar 4 procent.
Er zijn gemeenten die de WOZ-waarde van huizen nabij windmolens hebben verlaagd, als indicatie dat ze minder waard zijn geworden. Soms al voordat er windmolens staan. Maar daar staat tegenover dat het ook is gebeurd dat een verlaagde WOZ-waarde later weer is verhoogd, want bij verkoop bleek de woning toch helemaal niets minder waard te zijn.
De Windvogel wil zon en wind voor iedereen, dus sluit je nu aan! Word lid van De Windvogel voor eenmalig € 50 en steun duurzame energieopwekking voor en door burgers.